Column 7: De gewone fiets

Op mijn Gazelle – 14 jaar geleden gekocht - heb ik de fietswereld zien veranderen. 

Tijdens mijn dagelijkse woon-werk ritjes naar Purmerend en later Alkmaar fietste ik aanvankelijk vrijwel iedereen voorbij, jong en ouder. Mijn kruissnelheid lag op 22 km per uur. In de laatste jaren voor m’n pensioen werd ik als 66 -jarige steeds vaker voorbijgereden. Lag dat aan de leeftijd?  Mijn kruissnelheid: nog steeds  22 km per uur. Dus... het zijn de accu’s op de fietsen die het verschil maken!

Terwijl ze voorbij zoeven, denk ik weer even terug aan eerdere jaren, waarin ik werkte als fysiotherapeut. Door revalidatietrajecten heb ik bij vele patiënten een mooie rol kunnen vervullen. Een wezenlijk onderdeel bij de revalidatie is de belastbaarheid van het lijf weer verhogen na een doorgemaakte ziekte of na een trauma. Het uithoudingsvermogen opbouwen en onderhouden. Grenzen verleggen. Dat bereik je door je in te spannen; en wel zodanig dat je aan het hijgen komt en een beetje zweet.. Dat je -qua inspanning - uit je comfort zone stapt. 

Rust roest. 

Fit blijven - een actieve leefstijl - is grotendeels je eigen keuze.  Als je inspanning leeft, past je lijf zich aan. Ook wel ‘training’ genoemd. 

Met een accu op je fiets haal je de fysieke inspanningsprikkel grotendeels weg. Voor de wind; de helling af. Daar word je niet moe van. 

De gewone fiets doet dat niet. Die laat jou wat hijgen. Die laat jou zélf tegen de wind in trappen. 

Zodat je in je alledaagse bewegen ongemerkt duurzaam én effectief investeert in je eigen fitheid. 

Uiteraard zijn er fysieke situaties, waarbij een accu de enige manier is die het blijven fietsen faciliteert. In alle andere situaties is het voor mij overduidelijk: Op eigen spierkracht fietsen is gezonder en duurzamer. En dat is heel wat waard.